Jer. 31, 31-34; Joh. 12, 20-33
Beste medeparochianen,
1
De 40-dagentijd is alweer een eind gevorderd. Over een week start de Goede Week met zijn rijke liturgie. En over twee weken is het Pasen. Zoals ik ook in mijn woord van welkom zei: na drie themavieringen over het kwaad in de wereld richten we ons nu nadrukkelijk op die laatste periode van de Vasten. De eerste lezing van vandaag, uit Jeremia, stemt hoopvol. Er wordt gesproken over een nieuw verbond van God met Israël. Nieuw omdat de mensen het oude verbond verbraken. Die tijd, die dag zal komen. Dat is een belofte. Het bijzondere, het mooie van dit nieuwe verbond is dat God zijn Tora – de grondslag van het Joodse geloof – in het binnenste van de mensen legt, in hun hart. Dat betekent: geen opgaven of regels voor het leven die van buitenaf aan de mensen worden opgedragen. Dat hele programma dat de Tora is, wordt nu echt deel van henzelf. Leven wordt voor hen leven vanuit het hart. Gehoorzaamheid, ofwel gehoor geven aan belangrijke aanwijzingen voor je leven is niet meer iets dat van buitenaf komt, maar je doet het omdat je er met heel je hart toe gemotiveerd bent.
2
Dan het evangelie van vandaag volgens Johannes. Het zijn de laatste dagen vóór het feest van Pesach. Er zijn Griekstaligen die Jezus willen zien. Jezus spreekt over zijn naderende levenseinde. Tot wie spreekt Jezus hier? In tegenstelling tot de andere evangelisten die dit betoog van Jezus plaatsen in de Hof van Getsemane, ook wel de Hof van Olijven, met weinig mensen – alleen zijn leerlingen zijn om hem heen – spreekt Johannes over een publieke gebeurtenis. Velen zijn daarbij aanwezig. Er zijn die bekende regels: ‘Wie zijn leven bemint verliest het; maar wie zijn leven in deze wereld haat, zal het ten eeuwigen leven bewaren’. En Jezus spreekt over Hem volgen. Dan horen zij de stem. De omstanders raken verward, wat gebeurt hier precies? We lezen dat Jezus wordt buitengeworpen. En dat hij wordt omhoog geheven. Dat slaat niet op zijn Hemelvaart, maar op de kruisiging die spoedig zal volgen. De tijd, het uur is er nu snel. Jezus voert zijn innerlijke strijd. ‘Nu is mijn ziel ontroerd’, staat in vers 27. ‘Wat moet ik zeggen’? Hij vraagt niet om gered te worden. Dit uur zou komen en dat wist hij.
3
Jezus is doodsbang. Zoals ieder mens dat zou zijn. Hij is de wanhoop nabij. Eigenlijk zou hij dit, dit zware einde, niet willen. Maar Jezus kende zijn lot. Hij moest lijden en sterven. Hier kwam hij voor. Zijn gevoelens van wanhoop plaatsen de andere evangelisten op een ander moment, als zijn leerlingen liggen te slapen, na de maaltijd. Bij Johannes is iedereen wakker, en er zijn veel meer mensen dan alleen zijn leerlingen. We zien dat Jezus steeds steun zoekt bij zijn Vader. Hij sluit zichzelf niet op, of maakt zich onbenaderbaar, zoals heel menselijk zou zijn. Hij getuigt openlijk van zijn angsten. Natuurlijk is hij bang. Maar hij kwam hiervoor… Die stem uit het evangelie spreekt nadrukkelijk tot de omstanders. Die spreekt over Gods grootheid en de verheerlijking van zijn naam. Die boodschap van God is voor nu en voor altijd.
4
De tweede lezing is een rijke lezing. Ook met beeld van de graankorrel. Die graankorrel is Jezus zelf. Als hij sterft brengt hij veel vrucht voort. Het is: je leven verliezen en het toch behouden. De graankorrel sterft en komt op als een korenaar met een veelvoud aan vrucht. Alleen wat sterfelijk is kan ook echt vruchtbaar zijn. Natuurlijk dringt zich hier een gedachte op. Jezus is nog jong, in de kracht van zijn leven, hij had nog zoveel kunnen doen. Kijk hoe velen zijn boodschap willen horen. Uitgerekend op dat moment, juist op dat moment, gaat hij ons verlaten. Jezus heeft zich uitgesproken. Die blijde boodschap heeft hij luid en duidelijk verkondigd. Hij kwam niet om beroemd te worden. Hij is gekomen om de wereld te redden. Nu zet hij de uiterste stap zijn lijden en zijn dood.
5
Je leven beminnen of het haten. Leven in deze wereld: daarmee wordt hier bedoeld het leven dat niet het goede, niet het juiste is: waarbij het gaat om macht, om succes, om materiële rijkdom. Het gaat om de redding van de wereld. Het gaat erom om mensen voor God te winnen. Dit vind ik een mooie omschrijving: geloof je in Jezus als Verlosser, dan ben je een vrucht van zijn leven en van zijn sterven en verrijzenis. Dat is nogal wat. Jezus plant zijn leven in ons als een zaad. In ons geloof, in onze vreugde zijn we met hem verbonden. Zijn we verbonden met zijn boodschap van de liefde. In het communiegebed van vandaag komt dit terug. Aan ons is de opdracht: breng zijn boodschap in praktijk. In deze vaak kwaadaardige wereld.
6
Liefde, telkens weer, daar gaat het om, en daar blijft het om gaan. Graag laat ik nog eens een citaat horen uit de nagelaten geschriften van Etty Hillesum. Dit zegt zij, zo prachtig, over de liefde: “Ik heb de mensen zo verschrikkelijk lief, omdat ik in ieder mens een stuk van jou liefheb, mijn God. En ik zoek jou overal in de mensen en ik vind vaak een stuk van jou.” Jezus heeft in zijn korte leven zoveel onmetelijk waardevols nagelaten. Om telkens weer te lezen, te overwegen, te bespreken. Zo kunnen we ook iedere keer weer ons leven in beschouwing nemen en onze gedachten en keuzes heroverwegen. Dat kan op elk moment in ons leven. Dat biedt ons ook steeds weer kansen op een nieuwe start. Blijven leren, herbezinnen, je bewustzijn vernieuwen. Daar kun je individueel mee bezig zijn. Maar het kan ook met elkaar, en daarmee kan het nog vruchtbaarder worden. Dat is ons verbond met elkaar.
7
Dat samen op pad gaan, is nog immer actueel. Denk aan het opbouwen van een missionaire Kerk, onze missie naar de directe omgeving, naar de wereld, naar elkaar. Die gedachte is ook leidend bij ons Samenwerkingsverband Clara en Franciscus. Heel breed gezegd: de spirituele ontmoeting met de medemens en met elkaar. Zo blijft de Kerk in beweging, en zo kan die Kerk zich ook vernieuwen. Ik denk dat die mogelijkheid er zeker is. Laten we niet stilstaan. Maar laten we nieuwe uitdagingen oppakken. Met respect voor onze kernwaarden, op pad gezet en voortgestuwd door onze Bron: de Schrift, ik gebruik het volgende beeld heel vaak, omdat het zo inspirerend is. Samen op pad. Als Gods volk onderweg in saamhorigheid. In elkaar in deze harde wereld de zachtheid opwekkend.
Amen.