Themavieringen in de 40-dagentijd
over Verlossing – Voorjaar 2023
Inleiding
In de Veertigdagentijd is het al jaren gebruik om een aantal gastsprekers uit te nodigen om tijdens de zondagvieringen een voordracht over een bepaald thema te houden. Ook dit jaar willen wij weer een enkele vieringen aan een thema wijden, en wel het thema “Verlossing”.
We willen het thema belichten vanuit een viertal sub thema’s en we doen dat dit jaar niet met gastsprekers, maar met “eigen” voorgangers. Wel zal er na elke viering een nazit zijn, waarin we de viering en de overweging met elkaar kunnen bespreken.
Aanleiding en kader
Het thema verlossing komt regelmatig voor in liturgische liederen. Frank de Haas gebruikte het woord in een lied dat hij 30 jaar geleden voor Meerklank schreef. Het klinkt ook in de advent en kersttijd: “Diep in de nacht heeft Hij verlossing gebracht”. In de vasten en de paastijd staat het thema verlossing centraal in het lectionarium.
Wat betekent verlossing voor mensen in deze tijd, in onze context? Heeft de moderne mens nog verlossing nodig? Waarvan willen we verlost worden? Wat zeggen de Bijbelteksten hierover in de liturgie?
Woorden in de Schrift
In de Bijbel worden verschillende termen gebruikt: verlossen, bevrijden, redden. De termen zijn ontstaan in maatschappelijk situaties en worden verbonden met God of op Zijn handelen toegepast. Verlossing vraagt altijd de medewerking van mensen; denk aan Mozes, Aäron en de Profeten. In Jezus komen die twee lijnen samen.
Het gaat bij redding, verlossing en bevrijding om situaties waarin een mens niet zichzelf kan redden. Hulp is nodig van andere mensen – geïnspireerd door God. In de tijd van Jezus en Paulus waren veel Joodse mensen als slaven verkocht – door faillissement of door oorlogen. Andere Joden zamelden geld in om deze slaven vrij te kopen. Paulus gebruikt deze praktijk als beeld voor Jezus: Hij heeft de hele mensheid vrijgekocht van de slavernij aan afgoden en zonden, niet met geld maar door zijn leven en sterven.
Waar komt het kwaad in de wereld vandaan?
Volgens de ideeën van de verlichting (Voltaire, Rousseau e.a.) is de mens van nature goed. Kinderen zijn onschuldig en lief – en dat zouden ze ook blijven als ze niet werden bedorven door slechte volwassenen en foute maatschappelijke structuren.
Na Hitler en Stalin zijn deze ideeën bekritiseerd als naïef. De Joodse schrijver William Goulding publiceerde zijn roman Lord of the Flies in 1954. Hierin landt een groep kinderen op een paradijselijk eiland in de Stille Oceaan. Zonder volwassenen en oude maatschappelijke structuren zou alles goed moeten gaan. Maar dit is niet het geval. Geleidelijk wordt één kind buiten gesloten en tenslotte vermoord. Het boek is verfilmd in 1990.
De Joodse filosofen en sociologen Horkheimer en Adorno hebben een boek gepubliceerd over de innerlijke tegenstrijdigheid van de Verlichting, getiteld Dialectiek van de verlichting. Ik vertaal liever: Donkere kant van de verlichting. Zij laten zien dat de ideeën en praktijken van Hitler en Stalin niet ondanks de Verlichting zijn gebeurd, maar juist mogelijk gemaakt door de Verlichting. Recent verscheen een Nederlands boek dat de context en ontstaansgeschiedenis van hun studie beschrijft en het moeilijke boek daarmee een stuk toegankelijker maakt.
De gedachte dat de mens van nature goed is, valt hiermee af als onrealistisch. Het kwaad zit in ieder mens als een mogelijkheid. De vraag is hoe wij het hoofd bieden aan het kwaad in de wereld en in onszelf. In het Onze Vader bidden wij “Verlos ons van het kwade”. Het katholieke geloof zegt dat God de mens principieel goed geschapen heeft – “Hij zag dat het zeer goed was” – maar het kwaad is toch in de wereld gekomen. Het gevolg is dat de fundamentele verhoudingen tussen mensen verstoord zijn geraakt. Tussen man en vrouw (Gen. 3) en tussen broeders (Gen. 4). Ook de band tussen God en mens is verstoord, maar niet geheel verbroken.
De mensen moet erkennen dat zij grenzen en beperkingen hebben. En dat zij wijsheid van anderen / van De Ander nodig hebben om hun gedrag in goede banen te leiden. Dit wordt gesymboliseerd in het gebod om van één boom niet te eten. De verleiding is om deze grens te negeren. Dit wordt gesymboliseerd in de slang (Gen. 3.1). Zelfoverschatting van de mens brengt het kwaad en de dood in de wereld volgens dit verhaal.
Open vraag is waarom de slang de mensen aanzet tot de vereerde keuze. Hierover gaat een mooi buitenbijbels verhaal, dat door de Amsterdamse katholieke dichter Joost van den Vondel tot een toneelstuk is bewerkt, genaamd Lucifer (ca 1650), opgevoerd door Publiekstheater in 1994).
De themavieringen vinden plaats op de achtereenvolgende zondagen 26 februari, 5, 12 en 19 maart 2023.
De indeling van de vieringen is als volgt:
Sub-thema | |||
26 februari | Pastor Marianus en Jaap v.d. Meij | Jubilemus | hebzucht, consumentisme |
5 maart | Ari van Buuren (wegens griep vervangen door Jaap v.d.Meij | Meerklank | Ego versus openheid, vertrouwen |
12 maart | Pastor Yan Asa en Janneke de Bruin | Jubilemus Domino | Oorlog, onderdrukking, mensenhandel, slavernij |
19 maart | Jaap v.d. Meij | LWM | Emancipatie |
Mogelijk wordt ook de Vesper van 25 maart aan het thema Verlossing gewijd. In samenwerking met de Hof der Verbeelding zal op donderdag, 9 maart, de film “Lord of the Flies” worden vertoond:
Gastsprekers najaar 2022
Thema “Is onze kerk nog relevant”
We willen een drietal vieringen organiseren over de Synode 2021-2023 onder de prikkelende titel “Is de kerk nog relevant?” En dan kun je de kerk op twee manieren opvatten: je kunt denken aan de wereldkerk en je afvragen of die nog relevant is, gezien de schandalen van de laatste jaren, gelet op de nog steeds conservatieve ideeën op het gebied van gezin en seksualiteit. Maar als ik dan denk aan Paus Franciscus met zijn twee encyclieken Laudato Sí en Fratelli Tutt (over beide hebben we gastsprekers in huis gehad) en als ik zie hoe hij nu in de Synode 2021-2023, de kerkgangers in gesprek wil brengen over hedendaagse problemen, dan denk ik: dát stuk van de kerk is in ieder geval wèl relevant.
Maar je kunt ook denken aan de relevantie van onze eigen gemeenschap: De Martelaren van Gorcum heeft te kampen met een sterk afnemend kerkbezoek, een vergrijsde populatie en een terugloop in het aantal vrijwilligers. De vrijwilligers die er nog zijn, krijgen steeds meer taken en er dreigt overbelasting. Kerkgangers blijken niet of nauwelijks geïnteresseerd in de activiteiten die door vrijwilligers geboden worden (met uitzondering wellicht van het Seniorencafé en de filmclub.) Wat kunnen wij zo’n gemeenschap nog bieden en wat kan zo’n gemeenschap haar omgeving bieden?
Pastor Marianus SVD streeft naar een interculturele en interreligieuze kerk. Is dat voor een wat kwijnende gemeenschap als de Martelaren te hoog gegrepen, of zijn er lichtpuntjes?
Over deze problematiek zullen drie sprekers tijdens de vieringen en in de nazit – ieder vanuit zijn of haar eigen invalshoek – hun licht laten schijnen.
In het kort iets over de drie gastsprekers.
- Jaap van der Meij is bij u allen wel bekend. Sinds 1 oktober is hij de voorzitter van fr Pastoraatsgroep, als opvolger van Ari van Buuren. Hoewel dus eigenlijk maar een “halve” gastsprekers opent Jaap de cyclus van drie themavieringen over dit prikkelende onderwerp.
De overweging van Jaap van der Meij vindt u hier..
- Zuster Monica Raassen crrs. Na een huwelijksleven en een kloosterleven in Priorij Emmaus in Maarssen is zuster Monica nu een alleengaande religieuze en pastoraal werkster. Ze is pastoraal werkster geworden, in de parochie Sint Jan de Doper, Vecht en Venen (op de grens van Utrecht en Noord-Holland). Het is vrij ongebruikelijk dat ze als religieuze aan een parochie verbonden is. Slechts een enkeling combineert klooster en parochie in een dienstverband. Zelf noemt ze haar stap, die al lang een diepe wens was, ‘spirituele kruisbestuiving’. “Ik kan met dit werk mijzelf verrijken, en daardoor ook de gemeenschap waarin ik leef.” Als jong meisje voelde ze zich geroepen om priester te worden. “Het was een teleurstelling toen ik hoorde dat dit niet kon.” Dat was in 1968. Ze werd verliefd, trouwde, studeerde fysiotherapie en zorgde voor haar man toen die dement werd. Hij stierf in 2001. In die periode stierven ook haar ouders.Een vriendin nam haar in 2004 voor drie bezinningsdagen mee naar Maarssen, naar de priorij. Een modern klooster, sober en kaal. “Ik had geen idee dat je in zo’n schoenendoos een vrolijk leven kon leiden. Weer thuis zat ik aan een glaasje port. Het was woensdagmiddag een uur of vijf. Ik wilde terug. Eerst dacht ik dat het zo over zou gaan. Dat is niet gelukt.”
De teksten en overweging van Zuster Monica vindt u hier..
- Chris ’t Mannetje. Bij veel oudere parochianen is Chris nog bekend uit de beginperiode van de LWM. Chris hoorde met o.a. de broers Koeleman en Henk Baars tot een groep theologiestudenten die op de pastorie van de Gerardus Majella op het Ambonplein woonden en op verzoek van Pastor de Reus hand en spandiensten verleenden in onze kerk. Chris ’t Mannetje werkte als hogeschool docent bij Fontys Hogescholen in Utrecht. Hij hield zich vooral bezig met ‘leren/leerprocessen’, leiderschap, teamvorming en met opbouwwerkprocessen. Als supervisor en stagecoördinator hielp hij vele studenten hun weg in de beroepspraktijk te vinden. Hij publiceerde diverse artikelen in binnen en buitenland. Later was hij docent theologie aan Tilburg University. Zowel de Pastoraatsgroep als de Liturgische werkgroep hebben meermalen dankbaar gebruik gemaakt van zijn deskundigheid.
De overweging van Chris ‘t Mannetje vindt u hier.
Informatie en toespraken gastvoorgangers uit de vastenperiode 2022 en voorgaande jaren vindt u hier.